Willen we echt circulair worden dan kunnen we onze kringlopen maar het best volledig sluiten. Group Op De Beeck en Sleco geven alvast het goede voorbeeld. Het ammoniakwater dat ontstaat als nevenstroom bij de valorisatie van organische afvalstromen door Group Op De Beeck, kan dienen om de emissiegrenswaarden van Sleco te helpen halen. Het vindt toepassing in de deNOx-installatie ter vervanging van fossiel ureum. In eerste instantie gaat het om 850 ton op jaarbasis.
Group Op De Beeck legt zich al jaren toe op de verwerking van organische afvalstromen. Ben Leroy, verantwoordelijk voor business development bij Op De Beeck werkt vanuit de site op Linkeroever. “De 4,5 ha grote site in de Antwerpse haven is het zenuwcentrum van Group Op De Beeck. Onze focus ligt hier op de productie van organische meststoffen enerzijds en het 100% valoriseren van organische afvalstromen anderzijds. Dat laatste doen we via de productie van groene elektriciteit en warmte die ontstaan bij anaerobe vergisting, gevolgd door een volledige recuperatie van alle nutriënten in dit organisch afval.”
Leroy is verantwoordelijk voor het bieden van oplossingen voor de industriële organische afvalstromen van de klanten van Group Op de Beeck. In totaal gaat het om 350.000 ton organisch afval per jaar dat een tweede leven krijgt. Het gaat dan om voedingsmiddelen uit grootwarenhuizen (over datum producten), recall operations, overproducties en nevenstromen van de voedingsindustrie, nevenstromen van de biodieselindustrie, afgekeurde groenten en fruit die in de havens aankomen, accijnsgoederen, slibstromen van waterzuiveringsinstallaties van voedselproducerende bedrijven … “Als het organisch afval betreft met biogene oorsprong en voldoet aan de Vlarema wetgeving, is het in principe welkom op onze site”, geeft Leroy aan. “Hoewel we de grootste operationele biogasinstallatie van België hebben (groene elektriciteit voor 23.000 Vlaamse gezinnen), vertrekken we daarbij niet zozeer vanuit het oogpunt dat we enkel groene energie willen produceren, maar wel dat we alle organische afvalstromen van onze klanten op elk ogenblik moeten kunnen verwerken. Vandaar dat hier ook eerder laagwaardige stromen met minder energiepotentieel terechtkomen.” En dat vraagt om een grotere en flexibele verwerkingscapaciteit. Die zal de komende twee jaar overigens met een factor anderhalf stijgen.
Op De Beeck neemt daarom het volledige verwerkingsproces voor zijn rekening. Leroy: “We mogen niet afhankelijk zijn van andere partijen voor de verwerking van de reststromen van ons verwerkingsproces om geen problemen aan de aanvoerzijde te krijgen. Onze klanten moeten hier immers altijd terechtkunnen.” Naast het biogas, dat zorgt voor elektriciteit en warmte, blijft er digestaat over na de vergisting. De vaste fractie kan dienen als bodemverbeteraar na droging, maar ook voor de reststromen van de vloeibare fractie wilde Op De Beeck een nuttige toepassing vinden. Dat gebeurt via een proces van indampen tot een concentraat dat als organische meststof kan gebruikt worden. Na dit indampen blijft er een NH4-condensaat over dat verder gestript wordt tot NH3-water en gezuiverd, loosbaar water. “Wat overblijft, is water dat voldoet aan alle Vlaamse lozingsnormen voor oppervlaktewater en hergebruikt wordt op de site. We bekijken momenteel ook een samenwerking met een buurtbedrijf dat het als proceswater zou gaan gebruiken. Het NH3-water bevat zo’n 20 à 22% ammoniak, een vrij geconcentreerd product dus. Dat kan na behandeling gebruikt worden als vloeibare meststof of als brandstof, maar we zochten een nieuwe toepassing. Uit testen bleek immers dat het een perfect alternatief was voor fossiel ureum in deNOx-installaties”, aldus Leroy.
De zoektocht hoefde niet verder te reiken dan de overkant van de straat. Daar bevindt zich Sleco, een initiatief van Indaver en SUEZ dat met een wervelbedinstallatie een oplossing wil bieden voor het tekort aan slibverbrandingscapaciteit en voor vaste bedrijfsafvalstoffen die niet meer kunnen worden gestort. De installatie bestaat uit drie identieke ovenlijnen die samen jaarlijks ongeveer 600.000 ton afvalstoffen verwerken. Leroy: “Om de NOx-emissiewaarden te bereiken wordt er vandaag fossiel ureum gebruikt. Door dit voortaan met ons biogeen ammoniakwater te doen, hoeft men geen duur aardoliederivaat meer te gebruiken.” Momenteel draait er een proefinstallatie om de kwaliteit te testen. Vanaf maart zal men volop van start gaan op één lijn. Die zal op jaarbasis ongeveer 850 ton van het ammoniakwater gebruiken. “Iedereen heeft de mond vol van circulaire initiatieven, maar het merendeel bestaat enkel op papier. Wel, dit is er een dat het echt in de praktijk brengt en dat financiële en ecologische duurzaamheid koppelt. We hebben niet de gemakkelijkste, noch de goedkoopste weg gekozen om zo ver te willen gaan in afvalverwerking. Maar het is een bewuste keuze om een duurzame verwerker te zijn en groene energie te produceren op basis van echte organische afvalstromen en dus bijvoorbeeld niet op basis van speciaal daarvoor geteelde energiegewassen. Hopelijk kan deze samenwerking inspirerend werken”, besluit Leroy.