Op 9 juni moeten stemgerechtigde Belgen een Europees, federaal en regionaal parlement verkiezen voor de komende legislatuur. Op zondag 13 oktober komen daar dan nog provincieraads-, gemeenteraads- en districtraadsverkiezingen bovenop. Reden genoeg om de democratische partijen aan de tand te voelen over hun standpunten over alles wat afvalverwerking, recycling en circulariteit aangaat. Wij schotelden de vragen voor. Cd&v, Groen, N-VA en Open Vld leverden de antwoorden af. Bij Vooruit bleef het bij beloven.
Welke stappen bent u bereid om te ondernemen om meer harmonisatie tussen de drie gewesten inzake afvalbeleid te bewerkstelligen om de administratieve lasten op bedrijven te verminderen?
Stijn De Roo (cd&v): “Van ‘harmonisatie’ in de zin van een refederalisering kan geen sprake zijn. Het zou aanleiding geven tot communautaire debatten en uiteindelijk bestuurlijke stilstand. ‘Harmonisatie’ in de zin van het afstemmen van beleidsmaatregelen op een vlotte marktwerking, degelijke voorzieningen, klantvriendelijke dienstverlening en een inperking van kosten en lasten voor ondernemingen en overheden is wel een goede zaak en wordt bij voorkeur bevorderd door overleg en overeenkomsten tussen de betrokken spelers. Als dit noopt tot aanpassingen aan regelgeving, uitvoering of handhaving, zijn we daar zeker toe bereid. Idealiter gebeurt dit op het Europese niveau zodat er een zo uniform mogelijk kader is voor de registratie en transport van afvalstoffen binnen het grondgebied van de Europese Unie.”
Sara Matthieu (Groen): “Federaal wil Groen werk maken van een uniforme regelgeving rond de registratie van afvalstoffen en rond invoerders/handelaars/makelaars in afval, zodat bij het oversteken van gewestgrenzen de obstakels voor circulaire bedrijvigheid weggewerkt worden. Europees wil Groen de belemmeringen voor het vervoer van secundaire grondstoffen over de lidstaatgrenzen binnen de afvalwetgeving wegwerken.”
Bart De Wever (N-VA): “In eerste instantie voeren we de eigen bevoegdheden uit waar mogelijk, maar door de intra-Belgische structuur is op bepaalde punten samenwerking nodig. Het blijft een moeilijke kwestie. De knelpunten, aangedragen vanuit de sector en het beleid, worden voor de N-VA prioritair dus via overleg en samenwerking aangepakt. Via het sluiten van samenwerkingsakkoorden valt de samenwerking tussen regio’s vast te leggen, zoals ook voor de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid gepland staat.”
Tom Ongena (Open Vld): “Het spreekt voor zich dat wij voorstander zijn van een meer harmonieuze aanpak van de afvalregelgeving in ons land, maar ook binnen de Europese Unie. We denken hierbij dan bijvoorbeeld aan de einde-afvalcriteria waarna deze stromen opnieuw als grondstof kunnen gebruikt worden. Naast de bestaande Europese afvalstromen kunnen lidstaten en regio’s deze ook voor andere afvalstromen vastleggen. Als dat al gebeurt, dan worden die vaak echter niet erkend over de (taal)grens. Hiervoor is ook een harmonisering nodig op vlak van transport van deze einde-afvalstoffen. Ook op vlak van recycling en inzameling zijn er verschillende regels in de verschillende gewesten. Dat zorgt voor extra lasten, die wij het liefst zien verdwijnen.”
Wenst uw partij een visie te ontwikkelen rond eindverwerking (verbranden en storten) om de toekomst van de recyclingindustrie in België veilig te stellen?
Stijn De Roo (cd&v): “We zullen onderzoek naar en toepassing van nieuwe technieken en vernieuwende technologieën ondersteunen, zodat we Europees bij de kopgroep blijven horen. We zijn dus graag bereid mee te werken aan een robuuste visie om ter zake de toekomst voor te bereiden binnen het Europees kader. Want een dergelijke oefening kan niet alleen van overheidswege worden gemaakt. Het veronderstelt een daadwerkelijke betrokkenheid van het bedrijfsleven, en wel met inbegrip van de ganse keten, dus niet alleen de recyclingindustrie, maar ook de producenten en de distributiesector.”
Sara Matthieu (Groen): “Rond eindverwerking pleit Groen ervoor om steeds meer (afval)materiaal te hergebruiken in een circulaire economie, en steeds minder afval te verbranden. De capaciteit voor afvalverbranding moet stelselmatig naar beneden. Op die manier komt er ook minder CO2 en vervuiling in de lucht terecht. Voor nieuwe installaties voor afvalverbranding kiezen we de locatie met de minste milieu- en klimaatimpact. OVAM, de overheidsmaatschappij verantwoordelijk voor afval, dient hierop objectief toe te zien. OVAM kan gemeentes die de doelstellingen voor vermindering van restafval niet halen, verplichten om afvalbeperkende maatregelen te nemen.”
Bart De Wever (N-VA): “In eerste instantie pleit de N-VA voor de uitvoering van de langetermijnvisie op eindverwerking en het lokaal materialenplan. De sorteer- en recyclingcapaciteit zal ondersteund worden via het doortrekken van de acties uit de afgelopen legislatuur, namelijk door bijkomende stort- en verbrandingsverboden en verhoogde milieuheffingen op het storten en verbranden van afvalstoffen.”
Tom Ongena (Open Vld): “Wij willen verder inzetten op het zo veel mogelijk recyclen en herwaarderen van afval zodoende dit een tweede leven te geven in nieuwe toepassingen en de verbranding en storting van afval verder te verminderen. We willen er voor zorgen dat we koploper blijven en dat we van ons land een recyclinghub maken en vooroplopen in de circulaire economie. Door bijvoorbeeld kritieke materialen, die hier van nature niet voorkomen, te recyclen, verminderen we ook onze afhankelijkheid van andere landen. Inzake afvalverbranding moeten we kijken naar de noden van de bevolking in de verschillende provincies van ons land en de capaciteit daarop afstemmen. Die verbrandingsovens moeten ook een zo hoog mogelijk energetisch rendement halen.”
Is uw partij een partner om ervoor te zorgen dat we het gebruik van groen gas uit afvalstromen optrekken naar 10% tegen 2030?
Stijn De Roo (cd&v): “Biogas vormt voor ons een essentiële pijler binnen het aandeel hernieuwbare energie in Vlaanderen. Zowel op grote als op kleine schaal hebben we Vlaamse bedrijven die excelleren. We willen verder werken aan het optrekken van het gebruik van groen gas uit afvalstromen. Het zorgt voor een meer stabiele basis voor investeringen in de sector.”
Sara Matthieu (Groen): “Rond groen gas pleit Groen ervoor om zoveel mogelijk groen gas te winnen uit afvalstromen. Biomassa – en biogasinstallaties voor warmte en/of elektriciteitsopwekking moeten wel voldoen aan strikte duurzaamheidseisen en uitgerust zijn met de best beschikbare technologie om de uitstoot te filteren van fijn stof. Met een wettelijk kader willen we het gemakkelijker maken om lokale biomassastromen (zoals bermmaaisel) optimaal te benutten volgens het cascadeprincipe, waarbij ook valorisatie in warmte en elektriciteit een rol vervullen.”
Bart De Wever (N-VA): “Groen gas is één van de opties voor het decarboniseren van gasverbruik. Er moet voldoende aanvoer van afvalstromen zijn, maar ook de reductie van afval staat centraal in het afvalbeleid. Investeringssteun valt te overwegen in geval van nieuwe technologieën, maar productiesteun om het gebruik op te trekken is geen voorkeursscenario. Voor de N-VA wordt biomassa in de eerste plaats gebruikt als voedsel of grondstof en pas in de tweede plaats voor de productie van energie.”
Tom Ongena (Open Vld): “De klimaat- en energietransitie is zo’n enorme uitdaging dat we alle mogelijke maatregelen tot verduurzaming moeten kunnen toelaten. Daarin heeft ook groen gas, afkomstig van lokaal bio-organisch afval, haar plaats. De Europese Unie heeft ook de ambitie uitgesproken om tegen 2030 de productie naar 35 miljard m³ op te trekken, in het kader van meer onafhankelijkheid van buitenlands gas. Zonder een specifieke doelstelling op te nemen, is het in eerste instantie nodig om in Vlaanderen een stabiel beleidskader te creëren waarin deze technologie verder kan bijdragen tot de vergroening van onze energiemix.”