Recupel kan bogen op één van de meest performante systemen om oud elektro in te zamelen en een tweede leven te geven. Een evolutie die misschien wel op gang gezet is door de overheid, maar die vooral door de fabrikanten van elektro gedragen is. En die willen graag nog een stapje verder gaan om meer hergebruik en een hoogwaardigere recycling te stimuleren.
Eric Dewaet is bijna vier jaar aan de slag als CEO van Recupel. “Mijn diploma als mijnbouwkundig ingenieur gebruik ik nu om aan urban mining te doen”, lacht hij. “Een nieuwe wereld, maar een boeiende. De circulaire economie wint aan belang. Daarin heb je een goed systeem nodig om producten aan het einde van hun leven in te zamelen en een nieuw leven te geven. De voorbije jaren zagen we daarbinnen een shift naar meer hergebruik. Recycling is nu eigenlijk pas de laatste stap in dat verhaal. We hebben onze visie en onze missie aangepast om meer herstel te stimuleren.”
Bruno Vermoesen, die al 29 jaar aan de slag is bij BSH Home Appliances, en sinds 2018 actief is als voorzitter van de Raad van Bestuur van Recupel ziet een gelijkaardige beweging bij de fabrikanten van elektro. “De ontwikkelingen werden het voorbije decennium heel hard gestuwd door de energielabels. We gingen nieuwe samenstellingen zoeken om tot meer energie-efficiënte apparaten te komen, maar die bleken een harde noot om kraken voor recyclers. Daarom moeten we echte partners worden doorheen de keten. Om samen na te denken, als producenten en recyclers, over hoe we elektro einde leven op een efficiënte manier kunnen inzamelen, hergebruiken en recyclen. Dat is de uitdaging die ik onder mijn voorzitterschap wil aangaan.”
Innovatie zal daarin cruciaal zijn. “Niks mooiers dan recyclers die innovatief zijn, die nieuwe technologie in de markt proberen te zetten om tot een hogere kwaliteit en recyclinggraad te komen. Met onze middelen willen we die projecten een financieel duwtje in de rug geven. Want dat is een win-win voor iedereen”, rekent Dewaet. De juiste kwaliteit kunnen leveren vormt vandaag immers de grootste rem op een breedschaligere toepassing van recycled content in elektro. “De fabrikanten willen niks liever dan de kringloop kunnen sluiten en gerecupereerde secundaire grondstoffen weer inzetten om nieuw elektro van te maken”, getuigt Vermoesen. “Vooral op vlak van kunststoffen is de combinatie van hoogwaardig recyclaat in voldoende hoog volume echter moeilijk. En dat kunnen we alleen verbeteren als fabrikanten en recyclers nauwer gaan samenwerken.”
Daarvoor zien beide heren dat chemische recycling een goede aanvulling op de bestaande technieken kan zijn. Vermoesen: “Een deel zal op deze manier moeten gebeuren. Als je wil voldoen aan de REACH wetgeving voor nieuwe toestellen kunnen bepaalde materialen, die vroeger gebruikt konden worden, maar vandaag verboden zijn, alleen maar zo uit de gerecyclede materialen kunnen verwijderd worden. Maar dat neemt niet weg dat we ook mechanische recycling nog nodig zullen hebben. Al moeten we daar misschien wel nadenken over wat we het beste voor en na het shredderen scheiden, zodat we tot zuiverdere stromen en dus hogere kwaliteiten komen.”
En dat zal nodig zijn, want er gaat steeds meer technologie in elektro: “Toestellen zijn volledig connecteerbaar, krijgen grotere displays mee … Maar hoe meer erin gaat, hoe meer we er ook weer uit moeten halen. En op een manier die ook efficiënt en rendabel is voor recyclers. Als de volumes te klein zijn, wordt het moeilijk”, weet Vermoesen. “Daar moet de hele waardeketen oplossingen voor zoeken. Producenten zijn bereid om meer te betalen om hun grondstoffen weer in hun eigen processen te kunnen hergebruiken. Daar ben ik rotsvast van overtuigd.” Dewaet wijst op het nut van nieuwe regelgeving om die scheidingsprocessen te faciliteren. “Ecodesign en de introductie van een digitaal productpaspoort op Europees niveau kunnen een stap in de juiste richting zijn. Als je weet hoe producten gemaakt zijn, kan je betere resultaten halen. En als je van bij het ontwerp al rekening houdt met einde leven kunnen die processen zoveel efficiënter.”
Maar de focus moet dus in eerste instantie liggen op hoe je elektro langer kan laten meegaan. “Wie op de juiste manier uitsorteert en rapporteert krijgt een hogere vergoeding van ons. Niet om betere cijfers te kunnen voorleggen, maar wel om zeker te zijn dat alles op een correcte manier verwerkt wordt en dat we recupereren wat we kunnen. Daarnaast willen we elke overeenkomst herbekijken en verwerkers die producten een tweede leven geven ook daarvoor belonen”, geeft Dewaet aan. “Niet altijd evident, maar daarin kan bijvoorbeeld de maatwerksector in België zich opwerpen als een goede partner van recyclingbedrijven”, vult Vermoesen aan. “Met Recupel werken we momenteel aan een transformatieproject om te zien wat er economisch mogelijk is en wat dat oplevert aan potentiële verbeteringen. Ook dat zijn zaken om gezamenlijk over na te denken.”