Hij speelde de afgelopen jaren zowat alle rollen die er te spelen vallen in de wereld van recycling. Geen gekniptere man dus om ons een beeld te schetsen van hoe de sector geëvolueerd is en wat we de komende jaren allemaal mogen verwachten. Een gesprek met Werner Annaert, Administrateur-Generaal van de OVAM.
Hij groeide op in de jaren 80, tegen de achtergrond van illegale stortplaatsen en giftig afval. Het inspireerde hem om van bij zijn studies economie (en later Europees recht) zich al vast te bijten in milieuproblematieken met een thesis over de verwerking van vaste afvalstoffen in België. “Zoals elke economist ben ik begonnen als bedrijfsrevisor”, lacht Annaert. “Niet helemaal mijn ding. Toen ik een vacature zag bij Interafval, heb ik mijn kans gewaagd.” Sindsdien heeft zijn carrièrepad (langs Febem – het latere Denuo – en Veolia) de wereld van afval en recycling niet meer verlaten. “Je verveelt je nooit, de sector is constant in beweging. Elke dag komen er nieuwe regelgeving, technieken, maar ook uitdagingen bij.”
Het voorbije decennium zag hij vooral hoe we steeds dichter bij de bron kwamen. “De hoeveelheid afval die we met zijn allen produceren zit nog steeds in de lift. Als je afval al van bij het moment dat het geproduceerd wordt, kan scheiden, kan je een betere kwaliteit realiseren. Maar dat heeft wel een enorme impact op hoe je dat alles organiseert. Daarom moeten we blijven nadenken over hoe we zaken als het transport, containers … verder kunnen verbeteren. Want die druk op de kwaliteit neemt elk jaar nog toe. Daarom willen we er in Vlaanderen een en-en verhaal van maken: inzetten op zo zuiver mogelijke afvalstromen maar ook op installaties om alle fracties zo goed mogelijk uit te sorteren. Daarnaast moeten we aandacht blijven hebben voor mogelijke verontreinigingen in die stromen, zoals PFAS. Bedrijven die recycled content gebruiken zullen sterke garanties willen dat ze recycled content zonder zorgen kunnen gebruiken.”
Genoeg werk voor de boeg dus. Als Administrateur-Generaal van de OVAM ziet hij voor zijn eigen organisatie de komende jaren vooral een rol weggelegd als centrale spil. “Onze kennis van materialen en van afvalstoffen wordt lokaal, nationaal en internationaal enorm gewaardeerd, bijvoorbeeld ook in het PFAS-dossier. Het zijn net die bouwstenen die we nodig hebben om de circulaire economie vorm te geven, om ze mee te verwezenlijken. En daarvoor willen we elke dag het beste van onszelf geven als één team.” OVAM wil zich steeds nadrukkelijker opwerpen als een partner van de circulaire economie en de recyclingindustrie. “Regelgeving is jammer genoeg nodig voor die bedrijven die niet mee willen. Daarom willen we onze kennis ook inzetten om handhaving zo goed mogelijk te ondersteunen. Maar ook recyclingbedrijven kunnen zelf meer engagement opnemen en kwaliteitssystemen op het getouw zetten. Uiteindelijk is dat in ieders belang.”
Samenwerking is voor Annaert dan ook de weg vooruit. “Niet alleen binnen de recyclingsector, maar over de hele waardeketen heen. We zien dat bijvoorbeeld al gebeuren in de sector van glas en papier. Daar kopen producenten zich in bij bedrijven gespecialiseerd in de recycling van deze stromen om zich te verzekeren van toekomstige grondstoffen. Maar we mogen niet vergeten dat er kennis van zaken nodig is om van afval weer grondstoffen te maken. Het zijn materialen met hun eigenheden en met mogelijke verontreinigingen, daar moeten we rekening mee houden bij de verwerking. Maar we zullen de komende tien jaar meer van dat soort verticale integraties en samenwerkingen zien. Ook als OVAM: de green deal circulair bouwen brengt ons bijvoorbeeld in contact met bedrijven en organisaties die we voorheen minder goed kenden. Zo kunnen wij eveneens onze kennis en ons netwerk verbreden.”
Een ding zal echter niet veranderen: “Als OVAM willen we de gatekeeper blijven. Dat was de reden waarom we zijn opgericht en dat zal onze taak blijven: schadelijke stoffen uit onze maatschappij verwijderen. Ook in een circulaire economie hebben verbrandingsovens en stortplaatsen hun plaats. Ze zijn het veilige sluitstuk”, besluit Annaert.
Neem dan rechtstreeks contact op met OVAM.
Contact opnemen