Kledij demonteren = efficiënt recycleren
Textiel is één van de meest vervuilende industrieën. Zo recycleren we minder dan 1% van kledij omdat kledingstukken eerst gedemonteerd moeten worden. Vandaag slaagt de industrie er niet in om dit op een kostenefficiënte manier te doen. Gevolg? Het overgrote deel van kledij wordt verbrand of belandt op een vuilnisbelt in het buitenland. Met twee disruptieve innovaties brengt de Brusselse start-up Resortecs verandering. Samen met de volledige keten beogen zij een echte circulaire textieleconomie.
“Organisch katoen, vegan leer … het klinkt goed, maar dit betekent nog niet per definitie dat het kledingstuk duurzaam is. Is het niet demonteerbaar, dan is het voor ons ook niet duurzaam. Een hemd uit organisch katoen heeft ook knopen, een kraag … Kan je die stoffen niet uit elkaar halen? Dan wordt het of niet gerecycleerd of je hebt enorm veel verlies aan materiaalwaarde”, steekt Cédric Vanhoeck, CEO van Resortecs, van wal. Hij maakt graag de vergelijking met de PMD-zak. Ook bij kledij is het noodzakelijk om afvalstromen van elkaar te scheiden, met dat verschil dat naaigaren een kledingstuk bij elkaar houden. Daarom keek Resortecs zowel naar het productontwerp als de recyclage en bedacht het assemblagetechnieken om kledingstukken eenvoudig uit elkaar te halen.
Resortecs ontwikkelde thermisch oplosbare naaigaren. Smart Stitch™ kan op bestaande machines geïnstalleerd worden. Die naaigaren smelten onder een bepaalde temperatuur in een daarvoor speciaal ontwikkelde oven, Smart Disassembly™. Resultaat? Een volledig geassembleerd kledingstuk wordt volledig gedemonteerd. De afvalstromen worden gescheiden aangeboden bij de recycler, wat zorgt voor een veel hoger recyclagepercentage, rendement en materiaalwaarde. Resortecs kan vandaag een half ton per dag demonteren. Met Europese subsidies ontwikkelt de start-up een continue productielijn om in 2024 te evolueren naar 10 ton per dag.
Textielrecyclage staat nog in de kinderschoenen omdat het niet rendabel is. Vandaag bestaat er mechanische demontage – een vorm van shredding – en manuele demontage. “Bij beide processen heb je maar liefst 40% materiaalverlies en bij het manuele proces heb je zeer hoge loonkosten”, zegt Vanhoeck. Een voorbeeld: een typisch polyester kledingstuk heeft een materiaalwaarde van om en bij de € 0,30, maar de manuele demontagekost per kledingstuk bedraagt gemakkelijk € 1. Vanhoeck: “Die lage ROI en hoge operationele kosten maken het helaas soms logischer om eerder niet dan wel te recycleren.” Hij gaat verder: “Circulaire economie wordt vaak geassocieerd met duurzaamheid. Dat klopt, maar het is evenzeer een economisch zinvol verhaal. Vervuilende processen, zoals sommige textielrecyclageprocessen, zijn duur omdat ze gewoonweg niet efficiënt zijn. Door bij het ontwerp van het product na te denken over de recyclage ervan, nemen we die inefficiëntie weg. Zo hebben gedemonteerde kledingstukken tot vijfmaal meer materiaalwaarde. Resortecs bouwt aan een duurzame én een economisch sterkere circulaire economie.”
De consument, merken, collectie- en sorteerbedrijven, recycleerders … Resortecs poogt de volledige keten mee te krijgen in zijn verhaal. Een veranderend wettelijk kader, waarbij producenten verantwoordelijk worden voor het eindeleven van hun producten, speelt daarbij ook een belangrijke rol volgens Vanhoeck. Dat komt er normaalgezien tegen 2025 in België. “Een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid, vergelijkbaar met reeds bestaande systemen in België zoals Valumat, is noodzakelijk om de volumes op te schalen. Maar dan nog moet er een systeem in voege zijn waarbij er voor alle stakeholders een goede ROI is. Wij staan alvast klaar om samen met de volledige keten textielrecyclage fundamenteel beter aan te pakken”, besluit Vanhoeck.