Van de drie belangrijkste gemeentelijke heffingen stijgt de opbrengst van de afvalstoffenheffing en reinigingsrechten met 10,0 procent het sterkst. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De opbrengst voor gemeenten van de afvalstoffenheffing en reinigingsrechten neemt dit jaar naar verwachting met 10,0 procent toe tot 2,2 miljard euro, de grootste stijging in 26 jaar. Ook in 2020 begrootten gemeenten al een forse toename, toen met 8,4 procent. Tot 2019 veranderde de begrote opbrengst van de reinigingsheffingen van alle gemeenten samen jarenlang per saldo nauwelijks. De stijging van de reinigingsheffingen komt door de toenemende inzamelings- en verwerkingskosten van het afval en door afnemende opbrengsten van afvalstromen, als glas, plastic en papier. Dit vertaalt zich in hogere tarieven van de afvalstoffenheffing. De afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten mogen immers niet meer opbrengen dan de bijbehorende taak of dienst kost.
De reinigingsheffingen gaan niet overal in hetzelfde tempo omhoog. Koploper is de gemeente Berkelland in Gelderland, waar de heffing met 48 procent omhoog gaat. Utrecht en Den Haag noteren dit jaar achtereenvolgens stijgingen van 24 en 21 procent. Maar ook in plaatsen als Doetinchem, Sliedrecht, Weert en Nieuwegein stijgt de heffing met 30 procent of meer. Rotterdammers komen er genadig vanaf, met een stijging van 3 procent. Van de grote steden heeft Amsterdam de snelste kostenstijging: 26 procent.
Het grootste probleem is dat de opbrengst van ingezameld en verwerkt afval daalt. Dat is niet alleen het geval bij oud papier, dat door gemeenten wordt verkocht op de markt, maar vooral bij ingezameld plastic. Bovendien is het ingezamelde plastic steeds meer vervuild. Vanwege die toenemende verontreiniging betaalt de verwerkende industrie minder voor het ingezamelde plastic.
Het Nederlandse beleid om zo veel mogelijk afval te scheiden, en zo weinig mogelijk restafval te hebben, leidt dus duidelijk tot een stijging van de kosten en een daling van de opbrengsten. Het verbranden van restafval wordt duurder gemaakt door de belasting op het verbranden ervan te verhogen. Uiteindelijk draaien burgers op voor die kosten. Omdat het inwoners van verschillende gemeenten steeds lastiger wordt gemaakt hun restafval kwijt te raken, gooien mensen steeds meer restafval bij oud papier, kleding en bij de apart ingezamelde zak of container voor plastic-blik-drankkartons. Met toenemende vervuiling tot gevolg.
Een belangrijke factor in de daling van de opbrengsten is ook dat China stopte met de import van ons afval. En dan is er nog corona, dat volgens deskundigen heeft geleidt tot 10 to 25 procent meer afval.