NLFR

Platform over de gehele recyclingstroom binnen de Benelux
BBT Behandeling luchtemissies bij afvalverwerking: studie terug opgestart na lange pauze
Sinds 2022 werkt VITO aan de nieuwe studie ‘BBT voor stof-, geur- en VOS-bestrijding bij fysisch-chemische en mechanische afvalverwerking’. Deze studie moet de Best Beschikbare Technieken (BBT) in het kader van stof-, geur- en VOS-emissiebestrijding bij afvalverwerking vastleggen.

BBT Behandeling luchtemissies bij afvalverwerking: studie terug opgestart na lange pauze

In 2022 heeft VITO de studie ‘BBT voor stof-, geur- en VOS-bestrijding bij fysisch-chemische en mechanische afvalverwerking’ opgestart. Deze studie op vraag van departement omgeving, afdeling GOP moet de Best Beschikbare Technieken (BBT) in het kader van stof-, geur- en VOS-emissiebestrijding bij afvalverwerking vastleggen. Deze studie heeft een tijd lang stilgelegen, maar is recent opnieuw opgestart. Hieronder geven we een korte opfrissing en de planning naar de toekomst toe.

Deze studie werd oorspronkelijk gelanceerd door GOP (Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en -projecten ), omdat zij sinds de omzetting van de BREF Waste Treatment in VLAREM-wetgeving nog heel wat vragen en onduidelijkheden hebben over de implementatie van deze BREF (onder meer over veiligheidsaspecten en onderscheid Geïntegreerde Preventie en Bestrijding van Verontreiniging (GPBV) en niet-GPBV). De bedoeling van de studie is om uniforme BBT-conclusies te trekken rond beheersing van emissies bij afvalverwerking. Zo zou men via deze weg ook technieken voor niet-GPBV-bedrijven willen invoeren die op BREF-niveau zijn bepaald (BREF is enkel van toepassing op GPBV-bedrijven). 

Aandachtspunten

Hieronder kan u de belangrijkste aandachtspunten terugvinden zoals geformuleerd in de studie:

  • Voorkomen en beperken van stof-, geur- en VOS-emissies (vluchtige ­organische stoffen) bij mechanische en fysisch-chemische afvalstoffen­verwerking;
  • De studie is zowel van toepassing op GPBV- als niet-GPBV-bedrijven, identieke technieken en processen worden namelijk toegepast op gevaarlijk als niet-gevaarlijk afval, in grote en kleine capaciteiten, gericht op nuttige toepassing of niet;
  • Er wordt ook rekening gehouden met veiligheidsaspecten (bijvoorbeeld stofexplosie, brand), duurzaam watergebruik, energieverbruik en opslag.

Een studie geplaagd door onduidelijkheid en operationele issues

Sinds het begin van de studie is er echter veel onduidelijkheid geweest, voornamelijk omwille van de onduidelijke scope. Sinds het begin van de studie is het onduidelijk welke afvalstromen wel en niet in de studie zouden worden opgenomen. Want voor bepaalde materiaalstromen bestaan aparte Europese of Vlaamse BBT-studies. De scope blijft tot op heden niet volledig duidelijk, maar er is wel een basislijst van stromen (zie verder). Het gevolg hiervan is dat de studie enige tijd heeft stil gelegen en dat VITO eind 2023 reeds een aangepast tijdstraject heeft aangekondigd. Deze planning heeft vertraging opgelopen maar de structuur is wel behouden.

Onduidelijkheid scope blijft een issue

De scope van de studie blijft een heikel punt, Denuo heeft dit daarom ook 1 op 1 besproken met VITO. Tijdens dit overleg kwam bijkomende info naar boven. Momenteel telt de scope van de studie 22 afvalstromen. Er blijven echter nog enkele vraagtekens over (bijvoorbeeld hoe men om zal gaan met grond en stenen en zand). Er blijven stromen aanwezig die minder relevant/logisch lijken. Denuo heeft daarom bij VITO aangedrongen om met GOP die stromen die mee in de scope zijn opgenomen op basis van één of enkele vergunningsdossiers te herevalueren. VITO gaat dit nu verder bespreken. Wordt dus vervolgd …

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?