Samenwerken om de koppositie van België in bandenrecyclage te behouden

Recytyre, in België verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van oude banden, viert in 2025 haar twintigjarig bestaan. Met jaarlijks ongeveer 88.000 ton ingezamelde banden en een materiaalvalorisatie van 99,97% scoort België uitstekend op het gebied van de recycling van banden. “We mogen trots zijn op wat we al hebben bereikt, maar we moeten ook oog hebben voor de uitdagingen die ons te wachten staan”, zegt Chris Lorquet, CEO van Recytyre. Hij stond mee aan de wieg van de organisatie.

Recytyre begon twintig jaar geleden met twee mensen en één doel: zoveel mogelijk oude banden inzamelen en de grondstoffen hergebruiken via materiaalverwerking. Dat doel is onveranderd gebleven, terwijl het team groeide en de resultaten exponentieel toenamen. “Bij de start ging meer dan 50% van de banden naar energetische valorisatie. Ze werden verbrand en de energie ging naar de cementindustrie. Vandaag is dat minder dan 1%, en wordt bijna 100% van de materialen hergebruikt. Een wereld van verschil.” Sinds de oprichting hanteert Recytyre een vrijemarktprincipe. Wie oude banden wil ophalen, kan een overeenkomst sluiten met het beheersorganisme. “De vrije markt mag spelen”, benadrukt Lorquet. “Maar het bemoeilijkt wel het behalen van onze doelstellingen voor hergebruik en loopvlak-vernieuwing, omdat veel inzamelaars niet de middelen en infrastructuur hebben om de banden uit te sorteren die nog hergebruikt kunnen worden.” Nog dit jaar lanceert Recytyre een promotieactie rond loopvlakvernieuwing voor vrachtwagen-banden. “Je koopt geen nieuwe band, dus betaalt al geen milieubijdrage. Tijdens de cashback-actie ­betalen wij voor elke vernieuwde band het bedrag van die milieubijdrage nog eens terug. Zo verdien je twee keer. We hopen dat deze financiële prikkel in een competitieve sector duurzame keuzes voor loopvlakvernieuwing stimuleert.”

Op zoek naar nieuwe afzetmarkten

Vandaag wordt 80% van de gerecyclede rubber­granulaten uit oude banden gebruikt als infill voor sportvelden. Vanaf 2031 wordt het echter verboden om rubbergranulaat of polymeren te gebruiken op synthetische sportvelden. Ook de rubbergranulaten die al in gebruik zijn, zullen een nieuwe bestemming moeten krijgen. “Dit vormt een grote uitdaging voor onze sector. We zullen nieuwe afzetmarkten moeten vinden voor deze enorme hoeveelheden granulaten”, aldus Lorquet. Een mogelijke oplossing is pyrolyse, een innovatieve recyclingmethode waarbij bandensnippers worden verhit zonder toevoeging van zuurstof. Dit proces resulteert in pyrolyse-olie, een product met veel mogelijke toepassingen. Daarnaast wordt de samenstelling van banden steeds complexer door het toenemende gebruik van gerecycled materiaal. “Mechanische recycling zal blijven bestaan, maar het zal op termijn niet voldoende zijn. Chemische recycling zal een echte gamechanger zijn, en daar zijn wij vast van overtuigd. Via GREEN.er, een fonds dat wij in de schoot van de Koning Boudewijnstichting hebben opgericht, hebben we al enkele R&D-projecten rond chemische ­recycling ondersteund.”

Alle neuzen in dezelfde richting 

Hoe ziet Recytyre de toekomst? “Ons systeem functioneert goed, maar we willen beter presteren dan de verwachtingen”, zegt Lorquet. Zo richt ­Recytyre zich onder andere op de landbouw-sector. “Banden in die sector blijven vaak ongebruikt liggen. We zoeken samen met externe partners naar mogelijkheden om bijvoorbeeld een product te ontwikkelen om silo’s af te dekken – ­gemaakt van gerecycled rubber – in ruil voor oude banden.” Volgens Lorquet is een duidelijk wetgevend kader echter cruciaal om België’s koppositie in recycling te behouden. “Het gebrek aan een gecoördineerde visie, geharmoniseerde begrippen en gelijklopende doelstellingen vormen vandaag obstakels voor het uitvoeren van een uniform Belgisch systeem. Daarom willen we actief in gesprek gaan met beleidsmakers om hen bewust te maken van de voordelen van voortdurend overleg, wat in onze ogen de enige manier is om de efficiëntie van de sector te vergroten.  Als we samenwerken en dezelfde richting uitkijken, kunnen we van België een echte, duurzame circulaire hub maken.”